Pleitnota van H.G. Beukeveld én H.J.M. Beukeveld behorend bij de hoor en wederhoorzitting van 28 april 2011 om 10.00 uur op het kantoor van het Productschap Zuivel naar aanleiding van een bezwaarschrift van H.G. Beukeveld én H.J.M. Beukeveld een eenvoudige quotumoverdracht plaats te doen vinden in strijd met artikel 15, lid 3 onder a Regeling superheffing 2008, waarbij alle partijen, ook het Productschap Zuivel en de rechtbank Assen, weten dat hiermee de wet wordt overtreden. De familie Beukeveld doet aan deze wetovertreding niet mee.

De enige reden in deze zaak voor overdracht van het melkquotum aan mevr. H.H. Hospers-Moorlag is het einde erfpacht tussen haar en H.G. Beukeveld met als datum 2 januari 2006. Zie hiervoor de uitspraak van de rechtbank Assen en het arrest van het gerechtshof Leeuwarden. Beide uitspraken zijn als bijlagen bijgevoegd bij de brief van 18 januari 2011 van H.G. Beukeveld én H.J.M. Beukeveld gericht aan het Productschap Zuivel.

Omdat mevr. H.H. Hospers-Moorlag door haar eigen schuld, handelen in strijd met de wet en vooral het nalaten van handelen aan minimaal twaalf eisen niet voldoet om haar het melkquotum over te kunnen dragen, verzinnen zij en haar adviseurs listen en passen zij en haar adviseurs bedrog en fraude toe om alsnog haar het melkquotum te kunnen geven. Via rechtelijke procedures, inbeslagnames, dreigementen, fraude en bedrog denken zij en haar adviseurs alsnog haar het melkquotum te kunnen overhandigen, alwaar zij op basis van wet, regelgeving en jurisprudentie geen recht op heeft.

Met behulp van de hoogstmerkwaardige brief van 27 januari 2011 van het Productschap Zuivel, ondertekend door L.J. Koers, hoofd uitvoering Marktregelingen, is zij een heel eind op weg het melkquotum wel te verkrijgen door plots op onrechtmatige wijze de zoon van H.G. Beukeveld in deze zaak te betrekken en door hiermee een andere overdrachtsdatum te nemen dan de wet voorschrijft. Met deze nieuwe onwettige datum, waarbij in strijd met de wet het melkquotum en de grond niet meer aan elkaar zijn gekoppeld, omzeilt mevr. H.H. Hospers-Moorlag nu via fraude een groot aantal van haar tekortkomingen. Alleen is deze procedure o.a. in strijd met bijv. artikel 15, lid 3 onder a Regeling superheffing 2008.

Alle personen, die in deze zaak een andere datum nemen voor de overdracht van het melkquotum van de familie Beukeveld aan mevr. H.H. Hospers-Moorlag, op basis van het einde van een erfpachtovereenkomst tussen haar én H.G. Beukeveld, anders dan de datum 2 januari 2006 einde erfpacht, zijn hierbij in overtreding van artikel 15, lid 3 onder a Regeling superheffing 2008.

De eerste persoon, die op eigen initiatief doelbewust en met voorbedachte rade een andere datum voor deze overdracht van het melkquotum koos was ing. J. Tjeerdsma werkzaam bij Schelhaas Makelaardij bv te Hoogeveen en als agrarisch adviseur in functie bij mevr. H.H. Hospers-Moorlag.

Ing. J. Tjeerdsma moest wel tot fraude overgaan, omdat hij in de afgelopen 5 jaar richting mevr. H.H. Hospers-Moorlag een behoorlijk aantal fouten had gemaakt, die hem financieel gezien behoorlijk konden opbreken, als hij als zeer kundig op het gebied van melkquota niet zou slagen in het toekennen van het melkquotum aan mevr. H.H. Hospers-Moorlag. Zie in deze voor de beweerde deskundigheid van ing J. Tjeerdsma de website van Schelhaas Makelaardij BV te Hoogeveen.

Zowel mevr. H.H. Hospers-Moorlag als ook ing. J. Tjeerdsma negeerden beiden compleet het eerder aanbod van H.G. Beukeveld per brief van 27 november 2010 om gezamenlijk het formulier overdracht melkquotum met grond in te vullen. Hun eerste reactie op dit volgens wet en regelgeving normaal aanbod was een beslaglegging op de goederen van H.G. Beukeveld zonder op de brief van 27 november 2010 in te gaan. Daarna kwam ing. J. Tjeerdsma met een drietal formulieren overdracht zonder grond om de overdracht via de zoon van H.G. Beukeveld op een andere datum en zonder bijv. de verplichte eenjaarsregelingen te regelen.

De advocaat van mevr. H.H. Hospers-Moorlag, te weten: mr J.T. Fuller van het Advocatenkantoor Benthem-Gratama te Zwolle ondersteunde volledig deze overtreding van artikel 15, lid 3 onder a Regeling superheffing 2008 met behulp een nieuw dreigement via een kort geding aan H.G. Beukeveld.

Toen ook dit dreigement geen zoden aan de dijk zette, spanden mr J.T. Fuller, ing. J. Tjeerdsma en mevr. H.H. Hospers-Moorlag samen met rechter mr B.R. Tromp van de rechtbank Assen een vooropgezet kortgeding aan om de zoon H.J.M. Beukeveld in deze zaak te betrekken en om daarmee vader H.G. Beukeveld hiermee geheel buiten spel te zetten door hem vanaf nu compleet te negeren.

Via een dwangsom van 50.000 euro per dag dwong de tegenpartij zoon H.J.M. Beukeveld op 12 januari 2011 met behulp van de bevooroordeelde rechter mr B.R. Tromp van de rechtbank Assen een verkeerd formulier overdracht zonder grond te ondertekenen. Met dit formulier konden zij nu een andere datum voor de overdracht nemen en was mevr. H.H. Hospers-Moorlag af van haar verplichting deze overdracht op basis van einde erfpacht met grond en haar eenjaarsverplichtingen te moeten regelen. Ten minste, dat dachten zij.

Op 7 januari 2011 is dhr L.J. Koers in de functie hoofd uitvoering Marktregelingen van het Productschap Zuivel mondeling door de gemachtigde van H.G. Beukeveld bovenstaande situatie uitgelegd en is dhr L.J. Koers op 12 januari 2011 naar aanleiding van het gemanipuleerde kortgeding bij de rechtbank Assen telefonisch verder op de hoogte van deze zaak gebracht.

Op aanraden van dhr L.J. Koers van het Productschap Zuivel is toen op 13 januari 2011 het verkeerde formulier overdracht zonder grond ondertekend en kon de tegenpartij in strijd met artikel 15, lid 3 onder a Regeling superheffing 2008 een andere doch verkeerde datum voor de overdracht zonder grond regelen.

Per brief met de datum 18 januari 2011 en bijlagen hebben H.G. Beukeveld én H.J.M. Beukeveld bovenstaande situatie wederom bij het Productschap Zuivel uiteengezet en is uit deze brief met bijlagen af te leiden, dat op grond van de twee rechterlijke uitspraken einde erfpacht in samenhang met de thans nog geldige Regeling superheffing 2008 de datum van 2 januari 2006 moet worden genomen en dat hiervoor het formulier overdracht met grond moet worden ingevuld. Op 7 januari 2011 kreeg H.G. Beukeveld via zijn gemachtigde daarvoor nog het formulier overdracht met grond van het Productschap Zuivel mee om die in te vullen.

Groot is dan ook de verbazing dat L.J. Koers in de functie van hoofd uitvoering Markregelingen van het Productschap Zuivel in de brief van 27 januari 2011 van het Productschap Zuivel geheel achter de overtreding van ing. J. Tjeerdsma gaat staan en de overdracht van het melkquotum op basis einde erfpacht nu via een derde laat lopen, die niets met de oorspronkelijke zaak te maken had en alleen met fraude en corruptie van de tegenpartij in deze zaak werd betrokken om zodoende een andere datum voor de overdracht te kunnen nemen.

Dhr L.J. Koers is op 7 januari 2011 tijdens de mondelinge toelichting over bovenstaande zaak persoonlijk uitgelegd, dat H.G. Beukeveld op grond van artikel 15, lid 3 onder a Regeling superheffing 2008  het melkquotum aan mevr. H.H. Hospers-Moorlag wilde overdragen. Dat mevr. H.H. Hospers-Moorlag dan niet voor een overdracht in aanmerking kwam was geheel aan haar handelen en vooral aan het nalaten van haar handelen te wijten.

In de brief van 27 januari 2011 over deze overdracht negeert dhr L.J. Koers H.G. Beukeveld compleet, omdat dhr L.J. Koers weet, dat dan bij wet geregeld een andere datum voor deze overdracht moet worden genomen.

In de brief van 27 januari 2011 doet dhr L.J. Koers voorkomen als of de transactie van H.J.M. Beukeveld richting mevr. H.H. Hospers-Moorlag een gewone overdracht tussen twee partijen is en dat een eventuele derde via een ABC constructie een actieve melkproducent kan zijn. Bij dit gegeven gaat dhr L.J. Koers ook volledig voorbij aan het feit dat mevr. H.H. Hospers-Moorlag en haar agrarisch adviseur, te weten: dhr ing. J. Tjeerdsma van Schelhaas Makelaardij BV te Hoogeveen rondom 2 januari 2006 allerlei ABC constructies zelf hebben laten mislukken en die mislukkingen vervolgens in de schoenen van H.G. Beukeveld hebben geschoven. Na 5 vijf jaar mogen zij met behulp van andere overtredingen alsnog een ABC constructie van dhr L.J. Koers opzetten.

Een van de hoofdredenen waarom vijf jaar geleden allerlei ABC constructies van mevr. H.H. Hospers-Moorlag en haar agrarisch adviseur dhr ing. J. Tjeerdsma mislukten is het feit, dat beiden in strijd met de toen geldende wet en regelgeving de grond en het melkquotum van elkaar hebben ontkoppeld om per stuk meer geld te kunnen vragen. Deze opzet mislukte en H.G. Beukeveld kreeg deze mislukking ook in de schoenen geschoven, omdat hij 6 maanden later niet actief meewerkte mevr. H.H. Hospers-Moorlag voor het quotum te willen betalen. Zie in deze de brief van haar advocaat mr J.T. Fuller van 20 juni 2006.

Dat dhr L.J. Koers, hoofd uitvoering Markregelingen van het Productschap Zuivel behoorlijk fout zit met zijn brief van 27 januari 2011 uitsluitend gericht aan H.J.M. Beukeveld en niet ook aan H.G. Beukeveld is overduidelijk en dat beseft het Productschap Zuivel zich nu ook terdege. De reden dat mr J.T. Bonhof als juridisch medewerker van het Productschap Zuivel allerlei vergeefse pogingen heeft ondernomen om de brief van 18 januari 2011 weg te kunnen moffelen.

Dat wegmoffelen van de brief van 18 januari 2011 met bijlagen van H.G. Beukeveld én van H.J.M. Beukeveld gericht aan het Productschap Zuivel zal het Productschap Zuivel niet lukken. Het wegmoffelen van H.G. Beukeveld in deze zaak zal mr J.T. Bonhof ook niet lukken.

Het is overduidelijk dat ook mr J.T. Bonhof van de afdeling Juridische zaken van het Productschap Zuivel zich met deze acties conformeert aan de overtreding van artikel 15, lid 3 onder a Regeling superheffing 2008 valselijk door ing. J. Tjeerdsma werkzaam bij Schelhaas Makelaardij te Hoogeveen in deze zaak is geïnitieerd en heeft uitgevoerd.

Met de brief van 18 januari 2001 van H.G. Beukeveld én H.J.M. Beukeveld aan het Productschap Zuivel gericht valt af te leiden, dat H.J.M. Beukeveld binnen 5 dagen met redenen omkleed terugkomt op zijn onder onrechtmatige druk ondertekend formulier overdracht quotum zonder grond. Een formulier dat in strijd met artikel 15, lid 3 onder a Regeling superheffing 2008 is ondertekend.

Want, zelfs met drie rechterlijke uitspraken in deze zaak is het nog steeds bij wet geregeld en  overduidelijk dat bij einde erfpacht, op basis waarvan mevr. H.H. Hospers-Moorlag haar quotum moet krijgen, hier alleen de datum einde erfpacht voor moet worden genomen, als datum waarop de overdracht plaats moet vinden. Nogmaals, dat is in onderhavige zaak de datum 2 januari 2006.

Op dat moment zijn de grond en het melkquotum nog bij wet geregeld aan elkaar gekoppeld en moet het formulier overdracht met grond worden ingevuld. Daarnaast geldt eveneens overduidelijk dat het bij deze overdracht op de datum 2 januari 2006 uitsluitend en alleen gaat tussen mevr. H.H. Hospers-Moorlag en H.G. Beukeveld. Dit belangrijk gegeven is het Productschap Zuivel naar aanleiding van de mondelinge toelichting op 7 januari 2011, de telefonische mededeling van 12 januari 2011 en de schriftelijke toelichting van 18 januari 2011 meer dan bekend.

Het Productschap Zuivel realiseert zich met de brief van 18 januari 2011 en bijlagen nu terdege dat H.J.M. Beukeveld en H.G. Beukeveld met deze brief binnen 5 dagen na het onder onrechtmatige druk onderteken van het verkeerde formulier ‘overdracht zonder grond’ met voldoende reden omkleed het Productschap Zuivel wederom aannemelijk hebben gemaakt, waarom bij wet geregeld het formulier overdracht met grond door H.G. Beukeveld aan mevr. H.H. Hospers-Moorlag moet worden ingevuld en moet worden gevolgd en niet het verkeerde formulier zonder grond met H.J.M. Beukeveld als vervreemder. Artikel 15, lid 3 onder a Regeling superheffing 2008 is hier meer dan duidelijk in. Dat de tegenpartij onder valse druk met een boete van 50.000 euro boven het hoofd hangend hiermee de wet heeft overschreden is overduidelijk en de geleden schade zal mede bij hen worden verhaald.

Reeds op 7 januari 2011 werden aan dhr L.J. Koers en zijn collega dhr A. van Houten persoonlijk uitgelegd dat H.G. Beukeveld na een tweetal rechtelijke uitspraken het melkquotum aan mevr. H.H. Hospers-Moorlag over wilde dragen, maar dat mevr. H.H. Hospers-Moorlag al ruim 5 jaar weigerde het daarvoor bestemde formulier overdracht quotum met grond te ondertekenen, omdat zij op deze wijze haar melkquotum niet krijgt. Dat weet mevr. H.H. Hospers-Moorlag en haar adviseurs ruim 5 jaar, de reden dat zij allerlei dreigementen en rechtelijke procedures volgen om buiten het geldige formulier overdracht met grond om haar het melkquotum en liever geld te willen overhandigen.

De laatste poging is op 12 januari 2011 waarmee zij met een vooropgezet kortgeding plots de zoon H.J.M. Beukeveld in deze affaire betrekt en hiermee probeert H.G. Beukeveld compleet te omzeilen.

Per bief van 8 december 2005 geeft mevr. H.H. Hospers-Moorlag zelf toe dat H.G. Beukeveld haar reeds in november 2005 het melkquotum wil overdragen. Dit weigert zij, omdat zij het melkquotum niet wil, maar alleen hier geld voor wil ontvangen. Vervolgens draait zij bij de rechtbank Assen de zaak volledig om en meldt zij herhaaldelijk valselijk dat H.G. Beukeveld niet meewerkt aan het overdragen van het melkquotum.

Via de rechtbanken wordt H.G. Beukeveld verantwoordelijk gesteld voor de opgelopen vertragingen.

Met de brief van 27 november 2010 is mevr. H.H. Hospers-Moorlag wederom aangeboden gezamenlijk het juiste formulier in te vullen. Hierop reageert zij met een inbeslagname van goederen van H.G. Beukeveld en een paar dagen later met een dreigement de verkeerde formulieren zonder grond in te moeten vullen en weer en paar dagen later met een vooropgezet kortgeding, dat op 12 januari 2011 plaats vond in de rechtbank Assen .

Deze gemene bij wet verboden trucs is dhr L.J. Koers op 12 januari 2011 duidelijk gemaakt toen wij hem over deze zaak belden. Nogmaals, hij raadde H.J.M. Beukeveld aan te ondertekenen en dan zou het wel goed komen, omdat het Productschap Zuivel in deze zaak het laatste woord had. Dat dhr L.J. Koers ondanks de brief van 18 januari 2011 aan hem gericht in de functie hoofd uitvoering Marktregelingen hierbij de bij wet verboden weg van de agrarische adviseur dhr ing. J. Tjeerdsma van de Makelaardij Schelhaas te Hoogeveen volgde was niet te verwachten en is niet te accepteren.

De vraag van H.G. Beukeveld en H.J.M. Beukeveld is dan ook de brief van 27 januari 2011 van het Productschap Zuivel te herzien en op basis van artikel 15, lid 3 onder a Regeling superheffing 2008 de datum einde erfpacht te nemen, waarop H.G. Beukeveld zijn melkquotum aan mevr. H.H. Hospers-Moorlag over moet dragen. Hierbij wordt verwezen naar de uitspraak van de rechtbank Assen en het arrest van het gerechtshof Leeuwarden over deze zaak. Ook de uitspraak van het vooropgezet kortgeding van 12 januari 2011 laat deze datum toe omdat rechter mr B.R. Tromp niet op het type formulier ingaat. Deze uitspraak is als bijlage toegevoegd bij de aangetekende brief van 18 januari 2011 van H.G. Beukeveld en H.J.M. Beukeveld gericht aan het Productschap Zuivel.

Vaart het Productschap Zuivel voort op de ingeslagen weg verwoord in de brief van 27 januari 2011, dat zoals zij weet, valselijk door de agrarische adviseur dhr ing. J. Tjeerdsma namens mevr. H.H. Hospers-Moorlag is ingeleverd, dan stellen H.G. Beukeveld én H.J.M. Beukeveld het Productschap Zuivel mede verantwoordelijk voor de geleden en de nog te lijden schade.

Ook worden jegens alle betrokken overtreders aangiften gedaan van de gemelde overtreding en het daarmee ontvreemde melkquotum van H.J.M. Beukeveld.

Hierbij wordt nogmaals naar de onderstaande spreuk van dr Martin Luther King verwezen.

Mocht het Productschap Zuivel niet op de inhoud van de brief van 27 januari 2011 terug komen, dan wordt de beroepsprocedure in eerste en enige aanleg bij het College van beroep voor het bedrijfsleven aangewend om hiermee bij het Europese Hof de rechtsgang als procedure en inhoudelijk te laten beoordelen op de onmogelijkheid in deze zaak in hoger beroep te kunnen gaan. De rechtsgang van het vooropgezet kortgeding van 12 januari 2011 bij de rechtbank Assen met de dwang van mevr. H.H. Hospers-Moorlag en haar adviseurs doelbewust een verkeer formulier te laten ondertekenen wordt dan ook ter discussie gesteld.

Daarnaast start H.G. Beukeveld bij het EuroStaete Internationaal Waarheidstribunaal de procedure waarbij gekeken wordt naar belangenverstrengelingen van het Productschap Zuivel met het College van beroep voor het bedrijfsleven. Uit zijn eigen ervaring met het te weinig uitbetalen aan melkgeld door het Productschap Zuivel is hij op grove wijze tegen zo’n ernstige belangenverstrengeling van het Productschap Zuivel met het College van beroep voor het bedrijfsleven aangelopen. Bekeken wordt of dit een trend is die elders kan worden gemeld als overtredingen tegen de menselijkheid.

Het Productschap Zuivel is na deze hoor en wederhoor van 28 april 2011 nu aan zet.

Ondertussen gaat H.G. Beukeveld via zijn soevereine staat EuroStaete door met het opbouwen van zijn website over deze zaak die is gebaseerd op de waarheid.

Dit bestand is via de link www.eurostaete.eu/htm/overtredingen.htm op deze website te vinden.

Later worden de benodigde koppelingen gemaakt en alle documenten over deze zaak aan elkaar verbonden met de nodige deeplinks en andere achtergrondinformatie.

"He who passively accepts evil is as much involved in it as he who helps to perpetrate it. He who accepts evil without protesting against it is really cooperating with it."

H.G. Beukeveld en H.J.M. Beukeveld

28 april 2011 te Zoetermeer

Namens hen als gemachtigde dr G.J.J. Beukeveld

Home Aanmelden als lid Informatie

Disclaimer